Column Marc van der Linden
06/01/2020
Toen ik afgelopen oktober vijftig jaar werd, merkte ik dat twee soorten reacties in de meerderheid waren. Oudere vrienden zeiden over het algemeen: ’Je bent pas op de helft en het wordt alleen nog maar leuker’. Terwijl de jongeren zeiden: ’Zeg gewoon dat je 46 jaar bent, dat klinkt jonger’. En onlangs hoorde ik collega’s roddelen over een andere medewerkster van 26 jaar, die haar even oude man had verlaten voor ’een oude kerel van 41 jaar’. Eentje voegde er fijntjes aan toe: ’Als zij net zo oud is als hij nu, loopt hij al tegen de zestig. Bah.’ Daar staat dan weer prinses Beatrix tegenover, die deze maand 82 jaar wordt en die op Saba en St. Eustatius volgens een meegereisde collega ’iedereen’ er uit liep.
Haar dagelijkse lange wandelingen met honden, oefeningen en paardrijden werpen hun vruchten af. Maar laat ik het ook maar eens hardop zeggen: als royal slijt je niet snel. Je moet weliswaar hard werken, duizenden handen schudden en bijeenkomsten bijwonen waarvoor je wellicht niet bijster veel interesse hebt, maar je wordt voor de deur afgezet en opgehaald. Het eten en huishouden worden verzorgd en je hoeft nooit een volle wasmand de trap opdragen. En alle hoogbejaarde royals kunnen thuis blijven wonen, waar ze goed worden verzorgd. Het is ze van harte gegund, net als de hoge leeftijd die ze bereiken. Er is iemand die helpt met aankleden, er wordt gezond gekookt en ook wordt er gelet op lichaamsbeweging. Je zou het elke oudere gunnen. Juliana is 94 jaar geworden, prins Bernhard 93. De moeder van de Britse koningin Elizabeth werd 101 en 238 dagen. Dat is niet eens het record. Dat staat op naam van haar tante, prinses Alice, hertogin van Gloucester, die 102 jaar en 309 dagen werd. Prins Philip, de man van de Queen, lag onlangs in het ziekenhuis, maar op 21 juni wordt hij 99 jaar en begint hij dus aan zijn 100ste levensjaar. Groothertog Jean van Luxemburg stierf toen hij 98 jaar en drie maanden was. Deze mensen hebben, denk ik, ook niet over eenzaamheid te klagen. Er loopt altijd personeel door het huis en bezoek zal er graag blijven komen. Je hoeft echter geen royal te zijn hoor, om mooi oud te worden. Ik had een oudtante, die woonde alleen met een oude herdershond in de bossen van Helvoirt. ’We laten elkaar uit, in een wedstrijdje wie het langzaamst kan lopen’, zei ze weleens. Ze kookte nog elke dag voor zichzelf en daarbij rookte ze haar ene sigaret van de dag. Ze keek het journaal met de Bosatlas op de schoot om op te zoeken waar iets gebeurd was. En als ze naar bed ging, dan nam ze steevast een Engelstalige Agatha Christie mee die ze al eens eerder had gelezen, maar waarvan ze vergeten was wie de dader was. Dan viel ze met boek en al in slaap en zo werd ze op een dag gevonden. Een mooie dood, maar ik wens u vooral een gezond, gezellig en mooi leven, ook in 2020.