Column Marc van der Linden – Beatrix in de Dikke Van Dale
08/02/2021
Er zijn verschillende Bekende Nederlanders die de Nederlandse taal hebben verrijkt met woorden of uitdrukkingen die nu iedereen bezigt. De allergrootste eer die je dan te beurt kan vallen, is opgenomen worden in de Dikke Van Dale. Zo kwam Ruud Gullit op het EK van 1988 met het woord ’bobo’s’, waarmee hij sportbestuurders bedoelde die vooral aanwezig waren als er wat te vieren viel, en niet als er iets gedaan moest worden voor de sporters… Absolute nummer één voor het leveren van woorden die aan het vaste taalgebruik zijn toegevoegd, zijn Kees van Kooten en Wim de Bie geweest. Dit cabaretduo, dat van 1963 tot en met 1998 samen optrad, had een eigen programma bij de VPRO. Hun bekendste woorden zijn ’regelneef’, ’doemdenken’ en ’positivo’. Qua uitdrukkingen hadden ze een groter scala. ’Krasse knarren’, ’Mag ik een teiltje’ en ’Vrije jongens’ zijn er een paar. ’Stoned als een garnaal’ was een bekend liedje en ’op zijn pik getrapt’ klinkt wat minder netjes, maar de uitdrukking duidt wel goed aan hoe beledigd iemand zich kan voelen.
Koot en Bie, zoals ze ook wel genoemd werden, waren favoriet bij koning Willem-Alexander. Daar was ik wel wat verbaasd over, want had de koning niet ook eens in een interview gezegd dat hij in zijn jeugd van zijn ouders geen tv mocht kijken? Meer dan het Journaal en af en toe een documentaire of actualiteitenrubriek zaten er niet in voor de zoons van Beatrix en Claus. Hoe kon Willem-Alexander dan fan zijn van Kees van Kooten en Wim de Bie? Ik weet het niet zeker, maar het lijkt me dat er op Drakensteyn op zondag een uitzondering werd gemaakt, want het programma van het duo was vaak te zien op die dag, meteen na het NOS Journaal. En zoals u wellicht nog weet, werd er tot de jaren negentig op die christelijke vrije dag geen reclame uitgezonden, zoals ook alle winkels toen nog gesloten moesten zijn op zondag. Waarschijnlijk waren Beatrix en Claus zelf ook fan van Van Kooten en De Bie en mochten hun zoons dan na het Journaal even blijven kijken. Beatrix heeft ook twee vermeldingen in de Dikke Van Dale. Dat is echter meer toeval dan prestatie. Zo staat het woord Beatrixkapsel in het beroemde woordenboek. Het staat voor: ’Strak in model blijvend dameskapsel met op watergolven lijkend gepermanent haar’. Dan weet u nu in elk geval wat u tegen de kapper moet zeggen als u een Beatrixkapsel wilt. De uitdrukking ’de leugen regeert’ wordt aan de prinses zelf toegeschreven. De – toen nog – koningin zou het gezegd hebben tijdens het feest ter ere van de veertigste verjaardag van het Genootschap van Hoofdredacteuren. De vorstin sprak daar met enkele journalisten op voorwaarde dat ze niet zou worden geciteerd. Beatrix beklaagde zich over de vele fouten in de media. Van spel- en stijlfouten tot en met grote missers in kennis of informatie over onderwerpen of mensen. Ze zou zijn geëindigd met de opmerking: ’De leugen regeert’. Twee van de drie journalisten braken meteen hun belofte om er niet over te schrijven. De derde zweeg lange tijd, maar schreef er uiteindelijk ook over en zei dat Beatrix gelijk had gehad. Dat stuk bewees niet alleen dat zijn collega’s de afspraak hadden gebroken, maar ook
dat ze haar niet goed hadden geciteerd. Ze had gezegd: ’Koning Leugen regeert’. Te laat, want ’De leugen regeert’ staat nu als uitspraak van Beatrix voor eeuwig in de Dikke Van Dale.