Familie Jansen kocht vervallen château in Ik Vertrek: ‘De schade was niet te overzien
20/09/2024
Dit interview is gepubliceerd in Weekend nummer 35
Ray en Margriet Jansen lieten hun leven in Nederland achter zich voor een avontuur in Frankrijk. Met hun vijf dochters wilden ze een vervallen château omtoveren tot bloeiende bed & breakfast. Maar hun ambitieuze plan had nog heel wat voeten in de aarde. Weekend zocht hen op. “De schade was niet te overzien.“
Door Boris van Zonneveld
Onlangs herhaalde Ik Vertrek de aflevering van Ray en Margriet Jansen, die drie jaar geleden met hun vijf dochters Victoria (17), Louise (15), Elise (15), Josephine (12) en Isabelle (10) vertrokken naar Frankrijk. Weekend zocht hen onlangs op, op hun idyllische landgoed Marray court in Marcigny, gelegen langs de Loire in de prachtige Bourgogne. Het is een knappe prestatie hoe ze het al jaren leegstaande château omtoverden tot een chique bed & breakfast met gîtes en camperplaatsen.
De verbouwing van het achttiende-eeuwse château is nog niet helemaal klaar, maar de kamers voor toeristen zijn de pareltjes van het huis. Het had nog heel wat voeten in de aarde voordat het zover kwam, want wilden ze het château eerst binnen negen maanden gerenoveerd hebben, al doende kwamen ze tot de conclusie dat het toch een meerjarenplan werd. Een kapotte dakgoot zorgde ervoor dat regenwater langs de muren en plafonds binnenstroomde, terwijl werklui niet kwamen opdagen en de planning in de war gooiden.
Het château stond officieel vijf jaar leeg, Ray’s moeder dacht al veel langer. Hoe troffen jullie het aan?
MARGRIET JANSEN: “Zijn moeder zei: ‘Wie heeft hier gewoond? Graaf Dracula?'”
RAY JANSEN: “Het echtpaar dat hier woonde, is op een gegeven moment overleden en toen is hun jongste zoon er voor een paar jaar ingetrokken. Maar ja, of je dat nou wel of niet meetelt, hij heeft er wel gewoond. Ze gebruikten drie vertrekken, naar de rest is gewoon niet omgekeken.”
Dus al die lekkages waar jullie mee te maken kregen, daar wist die zoon van?
MARGRIET: “Dat moet wel, want je trok zo het gips van de muur.”
RAY: “De gaten zaten in de plafonds. Dus ja. We merkten: o, het lekt hier. Maar het duurt al een tijd voordat het water beneden is. Dan moet je nog naar het dak, dus dan ben je gewoon veel te laat met constateren en dan ga je pas handelen. Ja, dan is de schade niet te overzien.”
MARGRIET: “Dat wij te maken kregen met een overlopende dakgoot was een paniekmoment. Dat levert wel wat trauma’s op, want we zijn sindsdien zó met het weer bezig. Het komt zo heftig op je af. Het klotste echt gewoon langs de muren met een centimeter dikke waterval, dan weet je niet hoe je het moet stoppen. Het is ook altijd nacht als het gebeurt. Wat moet je doen? En dan heb je de kinderen er ook bij. Dus nu, elke keer met heel heftige regen, of met harde wind of onweer, denk je: ooo, niet weer! Gelukkig vertrouwen we nu meer op het huis dan in het begin. Het kan het wel aan.”
RAY: “Het is geen bakken water meer wat er binnenkomt. Ons huis staat ook al 236 jaar.”
Was het jullie droom om zo’n groot huis te kopen met zoveel kamers?
RAY: “Ja, altijd wel, een château of een landhuis. We hebben er een los vrijstaand huis bij, de voormalige conciërgewoning. Dat gaat een gîte worden. We hebben ook een grote schuur, een soort koetshuis. Daar zit een stukje stal in en ook een stukje werkplaats, een smidse zelfs nog. Daaraan vast zit een orangerie en we hebben ook nog een duiventil.”
MARGRIET: “We hebben deze aankoop gedaan omdat die oranjerie erbij zat. Om daar gîtes in te maken.”
Jullie waren geen door gewinterde klussers. Hoezo dan toch die ambitie om zo’n pand te kopen waar je zo veel aan moet doen?
MARGRIET: “Je koopt het en dan kijk je door dingen heen, dan zie je nog niet de hoeveelheid klussen die er uiteindelijk aankomt. Dat is heel lastig inschatten. Daar waren we toen niet mee bezig. Het is letterlijk wat voor je voeten ligt, wat je als eerste oppakt. In huis, maar ook buiten.”
Het is natuurlijk andere koek dan jullie huis in Almere. Je hebt nu een kolossaal huis voor 220.000 euro aankoopkosten, plus 110.000 euro voor de verbouwing, volgens Ik Vertrek. Hebben jullie dit gewoon heel goed gedaan, door voor 330.000 euro in zo’n kast van een huis te wonen?
RAY: “Ja, maar die getallen zijn wel gechargeerd, want zij maken zelf een berekening van het klusbudget. Dus hebben we het voor drieën halve ton gekocht? Nee, dat niet.”
Er zat meer geld in?
MARGRIET: “Ja, en inmiddels alweer meer.”
RAY: “Dat blijft gewoon doorgaan.”
Is het een bodemloze put?
MARGRIET: “Nou ja, je kan alles met een gouden randje doen, maar dat is niet de insteek. Wat we willen, is gewoon hier prettig en comfortabel wonen, het onze gasten naar de zin maken en zeker ook de meiden een goede plek bieden. Maar op een gegeven moment kom je op een kantelpunt, dan wordt het er niet beter of mooier op als je nog meer investeert. Op dat punt zitten we nog niet, maar we gaan niet eindeloos dingen verfraaien.”
Is het al rendabel?
RAY: “We kunnen van de inkomsten nu nog niet leven. Maar we merken wel al dat het eigenlijk best vlot gaat. Mensen vertellen het aan elkaar door en dat werkt heel goed. Ik denk dat bijna 99% van de gasten die wij krijgen, tevreden naar huis gaat. Dus ergens doen we het goed.”
Met de kennis van nu, zou je zoiets na dit project op een andere plek nog eens herhalen, voor een tweede keer?
MARGRIET: “Nee, je doet dit maar één keer. Het is niet dat je zegt: ‘Nou, we gaan dit lekker nog eens doen.'”
Beeld: SLR
Dit interview is gepubliceerd in Weekend nummer 35. Dit nummer bestellen kan hier. Liever online lezen? Klik dan hier.