Herman Van Veen

Herman van Veen over optredens: ‘Ik stop niet, het stopt mij’

Herman van Veen is, zolang het hem gegeven is, niet van plan ooit te stoppen met optreden. Dat zei de 78-jarige kunstenaar zondagavond in het radioprogramma Met Het Oog Op Morgen. “Ik stop niet, het stopt mij”, stelde Van Veen. “Het is vooral genetische mazzel dat ik dit nog kan doen.” Het wordt overigens fysiek wel wat zwaarder, erkent hij: “Ik herstel langzamer, de knieën worden strammer. Vroeger ging ik de volgende dag weer voetballen, dat gaat nu niet meer.”

De kleinkunstenaar reist de komende maanden door Nederland met zijn nieuwe show De Voorstelling. Op 12 januari 2024 behaalt hij een nieuwe mijlpaal. Hij zal dan als eerste solo-artiest ooit voor de zeshonderdste keer op het majestueuze podium aan de Amstel staan. “Het is een boel”, vatte Van Veen samen in het radioprogramma.

Zijn eerste keer Carré was op 5 mei 1971. “Er zaten toen 516 mensen in de zaal, waarvan het gros uit onze straat kwam”, herinnert Van Veen zich. “Er kunnen 1660 mensen in de zaal. Gelukkig waren er ook een paar journalisten. Die hebben er toen aan bijgedragen dat men wist dat ik er stond.”

Verzoeknummers

Elke avond staat hij nog steeds met veel plezier op het podium. “Je weet nooit wat je te wachten staat”, aldus Van Veen. “Zeventig procent van de show ligt vast. Maar dan zit er opeens een man met een fluorescerende oranje stropdas op de eerste rij. Dus dan ben je daar wel even mee bezig.”

De artiest krijgt vrijwel dagelijks verzoekjes van mensen in de zaal die verzoeknummers hebben. “Dan kom ik in de kleedkamer en liggen er zes of zeven lieve mailtjes: een dochter of een kleinzoon die iets aanvraagt voor hun moeder of oma. Ik vind dat heel erg leuk, we doen het altijd, mits we tijd hebben het voor te bereiden.” Van Veen trad 52 jaar op met pianist Erik van der Wurff, die in 2014 overleed. “Ik speel nu met jonge mensen die nog niet geboren waren toen ik al zong. Die moeten sommige nummers echt eerst repeteren.”