Joost Klein: ‘Elk detail van songfestivalact is doordacht’
05/05/2024
De songfestivalact van Joost Klein is pas te snappen als het geheel op televisie is. Over elke milliseconde is nagedacht, zeggen de zanger en creative director Gover Meit zaterdag, een dag voor de opening van het Eurovisie Songfestival, tegen het ANP.
“Ik denk dat je het volledige verhaal wat we vertellen pas echt begrijpt als je de volwaardige drie minuten achterelkaar kunt zien”, stelt Meit nadat de eerste beelden de afgelopen dagen nogal wat losmaakten. Veel fans vroegen zich af waarom Klein met een blauwe vogel het podium opgaat en suggereren dat hij misschien zijn kaarten nog tegen de borst houdt.
“Of er nog meer komt? Marketing, marketing, marketing, marketing. Ik weet niet wat ik heb losgemaakt in de wereld”, lacht Klein met een knipoog. “Ik hoop dat iedereen gaat kijken. 9 mei en 11 mei”, zegt hij vol vertrouwen. “Zelfs in zo’n show als dit ga je het verschil zien. Of dat verschil negatief of positief is. Dat boeit me niet zo veel.”
Dinosaurus
Klein vergelijkt zijn act met kunst. “De Eurovisiegalerijen worden heel veel bezocht. Stel je voor: wij maken iets wat in een modern museum thuis hoort. En opeens plaats je het in een ander soort museum. Dan zouden mensen ook zoiets hebben van: ‘wat doet dat rare scherm daar met al die kleurtjes?’ Terwijl ik hier gewoon kom voor de botten van een dinosaurus”, legt hij cryptisch uit.
Volgens Meit is het vooral tijd dat het songfestival een nieuwe generatie zoals Klein, die opgroeide met YouTube, ruimte geeft. “Vind je niet dat de jury moet zien dat er een nieuwe generatie aankomt met heel ander soort middelen? En zichzelf met een heel ander soort visualiteit op de wereld weet te zetten.”
Betekenis
En wat die blauwe vogel betekent, laten Klein en Meit graag aan de kijker. “Ik wil heel graag dat mensen zich die vraag zelf ook stellen. Ik hoop dat dit nummer uitnodigt om een beetje voor jezelf na te denken. Over alles wat je ziet, hebben we heel erg lang nagedacht. En de betekenis achter de dingen is ook aan de mensen zelf om in te vullen.”