Maxima Mathilde Getty

Geen koninklijke dienstregeling

Deze column is gepubliceerd in Weekend nummer 42

Politici moeten vaker het goede voorbeeld geven. Hoezo gaan ze per vliegtuig naar bijvoorbeeld Brussel of Luxemburg?gaan ze per vliegtuig naar bijvoorbeeld Brussel of Luxemburg? Ook toen Willem-Alexander en Máxima in het kleine groothertogdom op staatsbezoek gingen, werd vol ongeloof gereageerd toen ze het vliegtuig pakten. Het klinkt zo buitensporig, tot je het intikt op de routeplanner.

Door Rick Evers

Van Den Haag naar Rotterdam, dan overstappen op de intercity die je in zo’n twee uur naar Brussel brengt. Vervolgens ruim twee en een half uur in een trein naar Aarlen en dan nog een keer overstappen naar Luxemburg. Je bent er zo’n zeven uur en dus een hele werkdag mee kwijt, als je alle aansluitingen natuurlijk al haalt. Die tijd kan beter worden besteed.

Overigens werden de lakeien voor dat staatsbezoek niet ingevlogen. Voor de receptie voor Nederlanders in het land en voor het concert uit dankbaarheid aan het gastland, laat Willem-Alexander het bedienen vaak over aan zijn eigen personeel, alsof de gasten een beetje bij hem thuis over de vloer zijn. Maar de lakeien kwamen gewoonweg gezamenlijk per touringcar vanuit de hofstad. Dan was de koninklijke trein misschien zo gek nog niet, maar die laten ze natuurlijk niet rijden voor het personeel van de koning.

Een echte koninklijke trein was dat overigens niet. Het was een speciaal salonrijtuig waar de koninklijke familie gebruik van kon maken. Die werd dan achter een bestaande dienstregeling gehangen – bijvoorbeeld aan de Alpen Express richting Lech – of voorzien van ander materieel, speciaal voor hun reis. In de verleden tijd, zoals u misschien al merkt, want vorig jaar juni maakte salonrijtuig nummer tien de laatste koninklijke ritten, van Den Haag Hollands Spoor naar Brussel en vervolgens van de laatste stop bij het bezoek in Antwerpen terug naar de residentie.

Willem-Alexander en Máxima konden bijna niet anders dan per trein naar België voor hun staatsbezoek, met een kabinet waarin ook D66 zat. Maar helemaal groen zal de keuze niet zijn geweest, onder meer vanwege het extra diesel-aggregaat dat onder het loodzware rijtuig was geplaatst. Het rijtuig was behoorlijk verouderd, ook al werd het pas in 1993 in gebruik genomen en is het bij een handvol – of twee handen vol – officiële tripjes gebruikt. Een bestaand rijtuig werd ervoor omgebouwd.

Ik heb weleens mee mogen rijden, zij het in een volgrijtuig áchter het koninklijke salonrijtuig, maar een kijkje binnen heb ik niet mogen nemen. Een bank, stapelbed, vergader tafel, keukentje en badkamer in je treinstel klinkt luxe, maar het was vrij sober. Als u op zoek was naar een caravan en u zag dit interieur, zou u waarschijnlijk ook hebben gezegd: “we kijken nog éven verder”.

Of het praktisch is of niet, reizen met de trein heeft voor royals voors en tegens. Een trein komt vaak aan in hartje stad, maar dat zorgt ook voor veiligheidsproblemen ten opzichte van een afgelegen luchthaven. Koning Filip en koningin Mathilde kozen er bij hun staatsbezoek aan Frankrijk voor om met de Eurostar die kant op te reizen. Geen eigen rijtuig, al waren er wel enkele voor hen en hun entourage gereserveerd. Voor zo’n kort ritje van anderhalf uur is het ook wel het meest efficiënt. Gewone reizigers, die vanuit Düsseldorf meereisden, zullen er weinig van gemerkt hebben. Stipt op tijd ging de trein weg uit Brussel, onderweg naar Parijs. Al kon de poeha op de perrons onmogelijk over het hoofd worden gezien. Maar dit is wellicht hoe Willem-Alexander het voor ogen heeft.

Hij is van plan om in de toekomst ’gewoon’ met de trein te reizen, ook zonder koninklijk rijtuig. Met modern materieel en iets minder luxe. En dat laatste koninklijke rijtuig, dat staat nu in Utrecht tentoongesteld in het Spoorweg museum, naast het exemplaar van koningin Juliana en een replica van die van koningin Anna Paulowna. Je mag er zelfs ín, wat vroeger not done was. Leuk op een druilerige dag in de herfst vakantie?

Beeld: Getty Images

Deze column is gepubliceerd in Weekend nummer 42, nú in de winkel! Of lees ‘m online. Liever bestellen? Dat kan hier.