Column Patty Brard
07/02/2018
Zondagmiddag op Ibiza. Ik zie mijn Antoine buiten in zijn nakie op zijn slippers een paar stronken hout in de kruiwagen leggen: ’Voor de keukenhaard’, roept hij me lachend toe. Dat hij in adamskostuum rondbanjert, is hem kennelijk ontgaan. Ik zit De Luizenmoeder te kijken via Uitzending Gemist en ik begrijp weer wat een vrijheid wij hier op die berg hebben. Geen enkele regel waar wij ons aan hoeven houden. Een schril contrast met de regeltjes waarmee je geconfronteerd wordt in De Luizenmoeder. Een kijkje in een typisch Nederlandse lagere school leert ons dat er maar één kindje per groep per dag mag trakteren, als je zeven wordt, mag je zes kindjes op je feestje uitnodigen, de herfsttafels dienen op tijd klaar te zijn dus op tijd weg met de zomertafels en de ouders moeten participeren in al dit soort activiteiten op school. Bovendien moet alles gecommuniceerd worden via een oudergroepsapp. Ik krijg helemaal de kriebels van De Luizenmoeder. Dat komt ook omdat wij geen kinderen in die leeftijd hebben. Maar velen wel en dat verklaart het enorme succes van de serie: de herkenbaarheid. De Luizenmoeder speelt zich af in de ideale arena voor de dramahit van nu.
Complimenten voor de onderwerpen en de verhaallijnen. Die zijn altijd rond, het komt altijd goed. De acteurs zijn fantastisch. De styling in de serie is perfect, vanaf het pak van directeur Anton en de valse Chaneltas van de islamitische moeder die geen islamitische moeder blijkt en heus wel een wijntje drinkt tot aan de bijna armetierig witte tegeltjes in de keuken van de lerarenkamer. Wat knap dat je dit bedenkt, zo voor de hand liggend dat iedereen eroverheen is gestapt.
Het gemiddelde leven in Nederland heeft de glamour niet van een spannende politieserie, over het algemeen worden we gewoon opgeslurpt door het leven van onze schoolgaande kinderen. Niets mis mee, maar met al die regels die erin geslopen zijn, is het inmiddels wel een dagtaak.
Vroeger ging mijn moeder naar de Jamin als er getrakteerd moest worden, tegenwoordig moet je naar Artis voor inspiratie en naar de groentejuwelier om het af te maken. Af en toe is het net of je naar een afgeleide van Koefnoen zit te kijken, alsof het niet echt is. Misschien is het wel fijn om de boel weer een beetje in perspectief te zetten na het zien van De Luizenmoeder. Nou zeg ik niet dat alle papa’s morgen in hun nakie achter de kruiwagen moeten, maar ik pleit er wel voor de teugels iets meer te laten vieren.